Rondknopmijt of bessengalmijt (Phytoptus ribis of Cecidiphyopsis ribis)

In het najaar en de winter zwellen de knoppen van aangetaste planten sterk op. Elke gezwollen knop bevat duizenden microscopisch kleine mijten, larven een eieren. Deze rondknoppen lopen in het voorjaar niet of zeer slecht uit, omdat de groeipunt aangetast is. Ook misvormde scheuten kunnen voorkomen. Vanaf april verlaten de mijten de knoppen. De hele zomer zitten ze op de bladeren en takken van de struik. Vanaf juli dringen ze ook de jonge knoppen binnen, waar ze hun eitjes leggen. Deze mijten verspreiden ook het brandnetelvirus.

Preventie

Vertrek van plantmateriaal zonder rondknop.
Kies rassen die minder gevoelig zijn.
Controleer ’s winters alle struiken op abnormale gezwollen knoppen. Pluk verdachte knoppen af en verbrand ze.