De koolrabi Brassica oleracea convar. acephala alef. var. gongylodes is een groente die vermoedelijk uit het Middellandse-Zeegebied en Centraal-Azië stamt. Het is een van de vele teeltvormen van kool, die bestaat uit een kruising van de wilde kool en de wilde witte biet.
De knol die van de koolrabi wordt gebruikt is het hypototyl (een verdikking van de stengel) en is dus geen wortel. Koolrabi komt meestal in een lichtgroene maar soms ook in een paarse teeltvorm voor. Deze twee vormen zijn niet verschillend in smaak. De knol moet in een jong stadium, als ze 7-8 cm in doorsnee zijn, geoogst worden, omdat ze anders vezelig worden. Ook is er een ras (witte reuzenkoolrabi), dat zeer grote knollen geeft.
Het is een tweejarige plant die als eenjarige wordt geteeld. Het eetbare gedeelte is dus de verdikte stengel die boven de grond uitkomt maar ook de bladeren zijn eetbaar. De smaak lijkt op die van consumptieraapjes.
De meeste koolrabi wordt verbouwd in Duitsland, waar men er per jaar 40.000 ton van voortbrengt. In Nederland vindt in het Zuiden op kleine schaal ook teelt plaats.
De koolrabi groeit in elke goede tuingrond als hij maar goed doorlatend is. en hij groeit het beste in een gematigd klimaat.
Het is een gemakkelijk te telen plant. Zaai in volle grond vanaf mei in ondiepe voren op 35 cm uit elkaar en dun de zaailingen als ze drie echte blaadjes hebben uit tot op 15 cm in de rij. Voor vroege teelt kunt u binnen zaaien bij een minimum temperatuur van 12°C (de ideale kiemtemperatuur is 22°C). Na ongeveer 14 dagen kunt u de zaailingen reeds verspenen in kleine perspotjes (dit is wel aan te raden) om ze dan later als alle vorstkansen geweken zijn buiten te planten.
Werk voor het planten een stikstofrijke meststof door de grond. En geef nog een beetje bemesting als de knollen ongeveer 3 cm doorsnede hebben. Wees zuinig met water geven, vooral bij jonge planten. Maar geef bij langdurige droogte als de knollen 3 à 5 cm doorsnee hebben regelmatig water, maar stop met water geven tegen dat de knollen bijna oogstklaar zijn.
Onkruidvrij houden. Ongeveer drie maand na het zaaien kan je oogsten. Oogst de stengels als de knol de omvang heeft van een tennisbal.
Om minder last te hebben van plagen en ziekten, is het goed om koolrabi te planten in de buurt van: Aardappel, afrikaantje, erwt, hysop, kamille, komkommer, kool, rabarber, radijs, rode biet, salie, schorseneer, selderie, sla, spinazie, stokboon, tuinboon, wortel.
Koolrabi kan net als alle andere koolsoorten aangetast worden door de schimmelziekten valse meeldauw Peronospora parasitica en grauwe schimmel Botrytis cinerea. Ook kan er een aantasting door knolvoet Plasmodiophora brassicae plaats vinden. Maar koolrabi is ook gevoelig voor bacterierot.
Verwijder de schil alleen voor zover nodig. Begin met schillen aan de onderkant en snijd de vezelige gedeelten royaal weg; van het 'afval' kunt u bouillon trekken.
Koolrabi kan je koken, stoven of stomen. Ook rauwe geraspte koolrabi is lekker. Jonge kleine koolrabi's smaken een beetje naar bloemkool en zijn het best. Laat ze niet te lang laten koken, ± 15 minuutjes is voldoende; dan is hij beter verteerbaar en behoud hij meer voedingswaarde.
Kervel, tijm en muskaatnoot passen goed bij koolrabi. Van de bladeren kunt u een lekkere soep maken.
Enkele toepassingen zijn: Reepjes in salade met appel en hazelnoten. In zijn geheel koken, uithollen, vullen met ham en champignons en 20 min. in de oven. Reepjes met een dipsausje als hapje. In salade met peer en rozijnen.
Koolrabi is ongeveer 3 weken houdbaar bij een temperatuur van 0 - 1°C. Aangesneden knollen zijn (verpakt in vershoudfolie) nog enkele dagen in de koelkast houdbaar.
Koolrabi is een energie-arme groente (29 Kcal/100g), het is daarom een aanrader om te worden opgenomen in een vermageringsdieet.
Maar rijk aan bouwstoffen zoals kalium, magnesium vitamine B en vitamine C.
Wist je trouwens dat koolrabi ook appelzuur en citroenzuur bevat. Toch even terzijde opmerken dat de bladeren (die meestal worden weggegooid) twee keer zoveel vitamine C bevatten dan de knol?...en wel 10 keer zoveel ijzer en liefst een honderdvoud aan vitamine A.
Het is niet echt duideiijk van waar de koolrabi afkomstig is. Algemeen wordt aangenomen dat hij in het Middellandse-Zeegebied en Centraal-Azië zijn oorsprong zou hebben.
Er is pas van de 16de eeuw bewijs dat de plant in Europa wordt geteeld. In de 18de eeuw sprak men over "platte ronde knollen". In de 19de eeuw werd koolrabi dan volop in Duitstailge gebieden geteeld, waardoor de duitse naam ook in de meeste andere talen werd overgenomen, zelfs in het Russisch en het Japans.
Bij aankoop in de winkel of op de markt, zitten er meestal nog vrij lange stelen met bladeren aan de knol. Die moeten er fris uitzien. De knol zelf moet stevig aanvoelen.
Koolrabi | |
---|---|
Een veld met koolrabi |
|
Taxonomische indeling | |
Rijk | Plantea (Planten) |
Stam | Embryophyta (Landplanten) |
Klasse | Spermatopsida (Zaadplanten) |
Clade | Angiospermae (Bedektzadigen) |
Clade | 'nieuwe' Tweezaadlobbigen |
Clade | Malviden |
Orde | Brassicales |
Familie | Brassicaceae (Kruisbloemenfamilie) |
Geslacht | Brassica (Kool) |
|
29 Kcal 90,30 gr. water 6,69 gr. koolhydraten 1,80 gr. eiwit 2,80 gr. suikers 0,11 gr. vet 1,1 gr. vezels
Mineralen
25 mg. calcium, Ca 0,40 mg. ijzer, Fe 19 mg. magnesium, Mg 45 mg. fosfor, P 340 mg. kalium, K 257 mg. natrium, Na 0,31 mg. zink, Sn 0,12 mg. koper, Cu
Vitaminen
0,04 mg. B1 (Thiamine) 0,02 mg. B2 (Riboflavine) 0,15 mg. B6 (Pyrixodine) 12 µg. B11 (Foliumzuur) 54 mg. C (Ascorbinezuur)
Ingrediënten 4 pers.
Bereiding
Tip
vleesliefhebbers kunnen aan de koolrabivulling gerookte en licht gebakken spekblokjes toevoegen. Reken 100 gram spekjes voor deze bereiding.
Ingrediënten 4 pers.
Bereidingswijze
Bron : allerhande.nl