Grote engelwortel

Angelica archangelica

Het geslacht engelwortel Angelica omvat kruidachtige overblijvende planten uit de schermbloemfamilie (Umbelliferae oftewel Apiaceae). Er groeien hier hoofdzakelijk twee soorten engelwortel: Grote engelwortel "Angelica archangelica"en gewone engelwortel "Angelica sylvestris". De planten komen voor in de gematigde en subpolaire gebieden van het Noordelijk halfrond en in Nieuw-Zeeland. Ze worden ongeveer 1 à 2 meter hoog. De bladeren zijn dubbelgeveerd en de bloemen wit of witgroen. Op deze pagina hebben we het in het biezonder over de grote engelwortel

Engelwortel wordt als keukenkruid en tuinplant geteelt om zijn geurige bladeren. De geribde stengels hebben diep ingesneden goed ruikend lichtgroen blad en bloeien van juli tot augustus met geelgroene half-bolvormige samengestelde schermen met 7,5 cm doorsnee.

Engelwortel mag in het tuinkruidenhoekje van de moderne tuin niet ontbreken. Dicht bij de keuken zodat de kookkunst van de kok helemaal tot zijn recht kan komen. Engelwortel is minder bekend, maar toch een prachtig kruid.

Engelwortel doet het best op een schaduwrijke plek in vruchtbare, maar niet te zware grond en een middelmatig vochtgehalte. Maar zelfs op zandgrond kan hij 1 tot 2 meter hoog worden.

Zaaien in maart of april in ondiepe (±2cm) voren met onderlinge afstand van 30 cm. Uitdunnen op 30 cm in de rij, onkruidvrij houden tot maart van volgend jaar en dan op de plaats van bestemming zetten. Verwijder de bloeiwijzen wanneer die verschijnen in juli van het jaar daarop, om strek blad te bevorderen. Na de bloei en het zaadschieten sterven de planten af.
Engelwortel heeft over het algemeen weinig last van plagen of ziekten.

De bladeren moeten omstreeks mei of juni, terwijl ze nog mooi van kleur zijn, worden afgesneden. De bloemstelen en bladstengels moeten in april of mei geplukt worden omdat ze anders te hard worden voor het konfijten; bovendien verdwijnt de kleur bij te lang wachten.

Mochten sommige bladen een hele grote steel bezitten, dan is het beter om de bladschijf er af te plukken en deze apart te drogen.
Als de bladeren voorzichtig gedroogd zijn in het donker of op goed ventilerende horren, dan houden ze een enorm mooie licht-groene kleur en lenen zich niet alleen uitstekend voor een kruidenthee, maar vanwege die mooie kleur en hun geur kunnen ze ook voor een potpourri worden gebruikt.

Stukjes stengel kan je confijten door de gekookte, geschilde en afgedroogde stengel in kristalsuiker te leggen. Dat is een heerlijk, natuurlijk snoepje. De geconfijtte stengels kan je gebruiken in cakes of likeuren.

Fijngehakte scheuten doen het goed in slaatjes en bij gestoofd fruit. De jonge stengel kan je frituren in een deegjasje.

Het groene blad is meestal te bitter, maar stukjes bloemscherm kan je gebruiken voor versiering of je kan ze ook frituren.

Van het gedroogde blad wordt ook wel eens thee gemaakt, meestal in combinatie met honing.

Je kan de zure smaak van rabarber verzachten door verse bladeren en wortels van engelwortel mee te koken.

Engelwortel bevat vitamine C, caroteen, flavonoïden, appelzuur, valeriaanzuur, azijnzuur, bitterstoffen, cumarine, hars, tannine, suikers en was.

De werking van de gedroogde zaadvruchten en wortel is vocht afdrijvend, eetlust opwekkend, maag versterkend, kalmerend en helpt tegen slapeloosheid. Engelwortel toegevoegd aan het badwater heeft een opwekkende werking.

Engelwortel stimuleert niet alleen de spijsvertering, ook de bloedcirculatie vaart er wel bij. Het verhelpt koude handen en voeten en wordt ook aangeraden bij bloedarmoede.

Inwendige werking

Slijmverdunnend, bloedarmoede, maagzweren, gasverdrijvend, vochtafdrijvend, krampstillend, hoest, misselijkheid ten gevolge van migraine, spanning en hoofdpijn, menstruatie en menopauzeklachten.

Uitwendig gebruik
geiriteerde huid, reuma en artritische pijnen.

WAARSCHUWING

Engelwortel activeert het centrale zenuwstelsel. Bij inname van grote hoeveelheden kan het centrale zenuwstelsel verlamt raken.

Niet gebruiken bij suikerziekte.

Zwangere vrouwen horen niet te veel of te vaak engelwortel te eten vanwege de stimulerende werking op de baarmoeder.

De verse plant kan, bij fel zonlicht, soms huiduitslag veroorzaken. Doe daarom een trui met lange mouwen aan en draag handschoenen, als je de plant wil snoeien of opruimen.

Leuk om weten

Homeopathie

Thee

1 eetlepel fijngesneden wortels ongeveer een half uur laten weken in een kopje water, daarna kort koken.

Gorgeldrank

2 à 3 mespuntjes wortelpoeder in een groot glas water oplossen.

Tinctuur

100 g verse engelwortel in fijne stukjes snijden, 100 ml alcohol (30%) toevoegen, bij kamertemperatuur laten staan en filtreren.

Gebruik zulke middeltjes nooit langer dan 14 dagen na elkaar, zonder een arts te raadplegen.
Neem ook nooit meer dan twee kopjes thee per dag, of drie maal daags 20 druppels tinctuur.

Receptjes

Thee van de engelwortel of zaadvruchten.

20 gram engelwortel of zaadvruchten trekken in 1 liter water.

Hiervan om de twee uur een eetlepel in nemen of na de maaltijd een kopje drinken.

Gekonfijte engelwortel

  1. Snij een verse stengel in stukjes, kook ze gaar en laat ze uitlekken.
  2. Doe de stukjes in suikerstroop (125 gram suiker en 125 cl water gedurende 10 min koken) en laat ze 24 uur trekken.
  3. Giet af.
  4. Maak opnieuw suikerstroop en laat de engelwortelstukjes nog eens 3 etmalen rusten.
  5. Verwarm tot juist aan het kookpunt.
  6. Haal de stukjes uit de stroop, laat ze uitlekken en bestrooi ze met poedersuiker.
  7. Droog bewaren

Leuk om weten

Weetje

Volgens oude verhalen verscheen er eens een engel die de engelwortel aanwees als geneesmiddel tegen de pest. Men dichtte de plant wonderbaarlijke geneeskrachtige gaven toe en beschouwde het als een heilig kruid.

Het schijnt dat in Frankrijk nog amuletten van de engelwortel gesneden worden die kinderen om hun hals dragen.

Volgens sommigen heeft de plant zijn kracht te danken aan de planeet Saturnus.

De geurende bloemen zijn te danken aan Venus , de bladeren aan Mars en de uitbundige groei aan Jupiter. Al deze krachten bundelen zich in de wortel van de plant.

Engelwortel kreeg als versterkend middel, bovennatuurlijke eigenschappen toebedeeld. Het werd gebruikt tegen infectie ziekten als tyfus en de pest, tegen "beten van dolle honden" en tegen "vergiften en hekserij".

Indianen gebruikten een kompres van fijngemaakte engelwortel bij pijnlijke zwellingen. Het kompres werd aan de andere kant van het lichaam aangebracht en zou de pijn door het lichaam trekken en vervolgens verdrijven.

Engelwortel werd als amulet door jagers gebruikt.

Uit het leerdicht van Hondius’ Moefeschans

onderstaand een passage over de grote engelwortel.

Als de peste door het landt Henen loopt,
en Godes handt
Op der aerden is verheven;
Doe elck een saetgen geven,
Dach voor dach om op te vasten,
Vand’ oprechte Angelica:
Als ons boden ende gasten
Volgen oock de reste na.

Bon à savoir

Classification taxonomique
L’angélique vraie
Bloemetjes van engelwortel

Fleurs d'angélique

Classification taxonomique
Rijk: Plantea (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: 'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade: Campanuliden
Orde: Apiales
Familie: Apiaceae (ombellifères)
Angelica

In andere talen
  • FRANÇAIS: Angélique
  • DEUTSCH: Engelwurz
  • ENGLISH: Angelica root
  • ITALIANO: Angelica
  • PORTUGUÊS: Angelica
  • ESPAÑOL: Angélica.
  • DANSK: Angelik
  • POLSKI: Dzięgiel (roślina)
  • NORSK: Kvannslekta
  • SVENSKA: Kvannesläktet