Witte waterkers - cresson

Rorippa nasturtium-aquaticum, basioniem: Nasturtium officinale

De witte waterkers Rorippa nasturtium-aquaticum, basioniem: Nasturtium officinale is een plant uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). De plant lijkt veel op de slanke waterkers (Rorippa microphylla), maar verschilt daarvan door de kortere vrucht, de in elk hokje in twee rijen in plaats van een enkele rij liggende zaden en met ongeveer de helft minder mazen op het zaad. Hij is inheems in Europa, Azië en Noord-Afrika.

De plant groeit aan en in het water van beken, sloten, plassen en moerassen. Het is een slappe plant, die onbehaard is en 10-60 cm groot wordt. De holle, vierkantige, vlezige stengel is aan de onderkant kruipend.

De witte waterkers heeft witte bloemen met 4-6 mm lange kroonblaadjes. De kroonblaadjes zijn ongeveer tweemaal zolang als de kelkblaadjes.

De plant bloeit als tros van mei tot de herfst.

Witte waterkersen hebben geveerde bladen met ovale deelblaadjes. De vrucht is een onbehaarde hauw met een lengte van 1,3-1,8 mm lang. De zaden liggen in ieder hokje in twee rijen en hebben aan beide zijden ongeveer twintig tot vijfentwintig mazen.

Waterkers is een waterplant, daar moeten we dus rekening mee houden als we dit kruid willen telen. Om een teeltbed aan te leggen, ga je als volgt te werk:

Maak op een beschaduwde plaats in je tuin een groeve van ±40 cm diep. Als uw tuin aan een gracht grenst, zorg dan dat één kant van de groeve op deze gracht uitkomt, zoniet maak dan aan een uiteinde een diepere put. Geef de groeve een helling die naar de put of de gracht afloopt. Trap de bodem van de groeve goed vast en breng er een laag kompost in die met kalk en klei is gemengd. Maak dan aan de laagste kant een soort sluisje om de waterstand te regelen.

Nu kan je beginnen zaaien, vanaf maart tot juli zaai je 1 gram per m2 en dun na opkomst uit op 10 cm in alle richtingen. Hou de groeve steeds nat, zodat de plantjes altijd in de modder staan en doe water bij naarmate de planten groter worden.

Ongeveer één maand na opkomst kan je beginen met oogsten; haal niet de hele plant uit de grond, maar snij alleen de bladeren af die je wenst te gebruiken. Je kan een heel jaar van dezelfde planten oogsten.

Neem stekken van de planten voor het volgend jaar of zaai opnieuw. Wie al dat gedoe hierboven niet ziet zitten, kan ook gewoon in een oude badkuip of iets dergelijks hetzelfde resultaat behalen.

Soms kan de plant worden aangetast door virussen of door aardvlooien. Om die laatste op de vlucht te jagen hoef je alleen maar eens goed onder water te zetten.

De witte waterkers wordt meestal onder de naam 'waterkers' in de handel gebracht en kan in salades gebruikt worden. De plant heeft een sterke radijssmaak

Ook kan de plant gekookt als een soort spinazie worden klaargemaakt.
Vers bezit het blad een frisse, licht scherpe smaak, die aan tuinkers herinnert, maar iets verfijnder is.

Naast salades wordt de plant ook in soepen verwerkt, als garnering van sandwiches en steak en met rode spinazie gecombineerd.

Hiernaast wordt ze als haartonicum en als kleurstof gebruikt.

Waterkers moet je in de koelkast bij 0 tot 1°C bewaren en kan het best in een glas water met een plastic zak over. Op deze manier blijft de vochtigheidsgraad heel hoog.

Pluk geen waterkers die in het wild groeit. Die kan besmet zijn met schapenmiltvuur.

In de volksgeneeskunde geldt de plant als afrodisiacum, eetlustopwekkend, stofwisseling bevorderend, en behulpzaam bij diabetes mellitus. Een aftreksel van twee theelepels blad per kop heet water kan gebruikt worden bij chronische huidklachten, hyperthyreoïdie, reuma en blaasklachten.

Waterkers heeft een gunstige invloed op een te hoge bloeddruk. Maar het heeft tevens een bloedzuiverende en vochtafrijvende werking en helpt om de eetlust op te wekken. De zwavelrijke groene blaadjes hebben ook een gunstig effect op de nagels, het haar en de huid.

Ze kan in de winter als caroteen- en als vitamine C-leverancier dienen. De plant bevat ijzer, calcium, foliumzuur, gluconasturtine en etherische oliën.

Waterkers helpt borstkanker te bestrijden

28 sept. 2010

Waterkers wordt door velen als een versiering op een bord bezien, maar het goedje is eigenlijk bijzonder gezond.

Waterkers bevat maar liefst 15 essentiële vitaminen, waardoor het een van de meest voedzame groenten is. Een van die stoffen, phentehyl isothiocyanale, zorgt niet alleen voor de peperige smaak van waterkers, maar kan eveneens helpen in de strijd tegen borstkanker. Zo blijkt uit een Brits onderzoek van de Southampton University.

Onderzoekers ontdekten namelijk dat iedere dag een kommetje waterkers eten de kans op terugkerende borstkanker kan doen verminderen. Bovendien zou de stof ervoor zorgen dat het lichaam stopt met signalen uit te sturen om de tumor meer zuurstof en bloed te geven, waardoor deze minder snel kan groeien.

Leuk om weten

Geschiedenis

De Romeinen zagen waterkers als een belangrijke, waardevolle saladeplant.

Pas later wist men dat ze een prima bron van vitamine C betekende en scheurbuik kon voorkomen.

Het zou tot 1850 duren vooraleer men voor het eerst gewag maakte van gecultiveerde waterkers en dan nog wel in Duitsland.

Bij Gravesand in Engeland was het plantje al in 1808 in cultuur genomen, waar het vooral aangetroffen werd in de omgeving van de kalkbronnen.
Omdat het bronwater er constant 10°C is, kon het plantje ook in de winter doorgroeien.

Bloedzuiverend en natuurlijk

Witte waterkers is met zijn frisse gepeperde smaak een echte booster voor de gezondheid.

Een moerasplant die net als de koolsoorten uitgerust is met met specifieke zwavelstof of glucosinolaat: het gluconasturtine.

Van zodra waterkers wordt gesneden, geperst of gekauwd wordt dit gluconasturtiine door het enzym myronase of later door de darmflora omgezet tot een 4-tal belangrijke stoffen:

  • fenylethylisothyocyanaat
  • methylsulfinyl- heptylisothyocyanaat
  • methylsulfinyl-octylisohyocyanaat
  • indolen.

Van de eerste 2 stoffen kunnen we stellen dat ze dusdanig bloedzuiverend werken, dat ze naast de uitscheiding van kankerverwekkende stoffen via lever en nieren, ook de aanmaak van nieuwe kankerverwekkende stoffen tegengaan.

Van de twee laatstgenoemde heeft men kunnen aantonen dat ze rechtstreeks de groei van kankercellen kunnen afremmen. Naast deze natuurlijke beschermende werking tegen kanker, wordt waterkers ook nog aangeprezen bij ondermeer lever- en galproblemen, ter bloedzuivering (bij acné, eczeem en in lentekuren), bij slijmen in de longen, bij lusteloosheid...

bron: Bio Gezond 4de jaargang nr.3.

Interessant

De witte waterkers groeit in een groot gedeelte van de wereld langs stromend, voedselrijk water op zonnige tot half beschaduwde standplaatsen. De soort heeft een voorkeur voor koel, snel stromend water, maar wordt in Yellowstone National Park ook aan de oevers van water met een temperatuur van 40°C. aangetroffen.

Zodra de planten bloeien zijn ze niet meer voor consumptie geschikt.

De planten dienen alleen uit stromend water geoogst te worden, anders kan bacteriële infectie optreden. Waar de plant groeit in de nabijheid van dierlijk afval, kan de plant een broeinest zijn voor leverwormen als Trematoda.

Kers Versus tabak

Wetenschappers aan de universiteit van Minnesota in de VS hebben een stof ontdekt in waterkers die een van de schadelijke stoffen in tabaksrook kan afbreken.

Wie zo'n 20 sigaretten per dag rookt, zou niet minder dan 175 gram rauwe waterkers per dag moeten eten.

Leuk om weten

Taxonomische indeling
Witte waterkers
Het kan ook in een emmer of kuip op het terras

Het kan ook in een emmer of kuip op het terras

Taxonomische indeling
Rijk: Plantea (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: 'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade: Malviden
Orde: Brassicales
Familie: Brassicaceae (Kruisbloemenfamilie)
Rorippa nasturtium

In andere talen
  • FRANÇAIS: Cresson de fontaine
  • DEUTSCH: Brunnenkresse
  • ENGLISH: Watercress
  • ITALIANO: Crescione d'acqua
  • PORTUGUÊS: Agrião
  • ESPAÑOL: Mastuerzo de agua.
  • DANSK: Tykskulpet Brøndkarse
  • POLSKI: Rukiew wodna
  • NORSK: Brønnkarse
  • SVENSKA: Källfräne